Stof.

Gepubliceerd op 2 mei 2019 om 20:10


Stof tot nadenken en stoffelijke resten. Die twee termen houden me nu al dagen bezig. Raar. Geen idee wat er uit mijn vingers zal komen, hopelijk heb ik 'stof' genoeg om te schrijven (muhaha).

Even geleden tikte ik in Google 'restelijke stoffen' in. Ik kwam niet op de juiste term; ik vond niets met mijn zoektermen, nogal wiedes! Niet te geloven wat ik soms (niet) zeg. Om euh gek van te worden.
Hmm, wie zei ook alweer dat we stof zijn en 'tot stof zult gij wederkeren'? Ik heb me altijd afgevraagd hoe dat dan marcheert? Bedoelen ze dan dat, eens ons leven erop zit, we stofwolkjes worden? Hoe weten we dan naar waar we moeten wederkeren... OH, sterrenstof natuurlijk! Wikipedia verwijst me door naar kosmisch stof. Ik las eerst komisch stof, gene zever. Ik lees iets met stofdeeltjes en moleculen en het volgende citeer ik graag even: "Elke dag daalt ongeveer 40 ton van dit stof op de aarde neer." A H A, aha! Nu begrijp ik waarom er om de dag stofwolkjes in huis liggen, maar echt, hoe rap gaat dat, toch!? 

Efkes ter info: die stofdeeltjes zijn afkomstig van planetoïden OF van stofwolken rond de sterren. Dus ik denk dat ik onze wollekes vanaf nu maar eens laat liggen. Overal sterren in huis! Onze kleine jongen hier thuis heeft het trouwens soms over een sterretje aan de hemel. Hij doelt dan op de overleden papa van een schattig meisje uit zijn klas. Hoe jong ook, die gasten zijn daar onder elkaar over bezig, hé. 

Hier in huis worden daarrond vragen over gesteld, op twee verschillende niveaus dan, met een vierjarige kadet en een tienjarig @pandabrilletje. Vaak gewoon tussen de soep en de patatten (beter past: tussen de fristi en de boterhammen met speculoospasta). Da's zo fijn dat kinderen ongeremd zo'n vragen kunnen stellen. Dat ze dat dan ook effectief doen, is alleen maar een eer voor ons als ouders, teken dat ze zich hier goed in hun vel voelen!

Achteraf, als iedereen weer wat op zijn eigen bezigheden gevlogen is, blijf ik vaak nog wat rondhangen in mijn eigen hoofd. Dan denk ik aan de mensen die er niet meer zijn. Ik geef toe, eigenlijk denk ik iedere dag aan hen. Dat is nog niet zo lang, want doorheen mijn opname in de Heilige Familie (PZ, Kortrijk) brokkelde er heel langzaam iets af in mijn hoofd. Het besef kwam pas wanneer het letterlijk werd uitgesproken: ik had mezelf nog nooit de toestemming gegeven om te rouwen. Dat was er boénk op, kan ik jullie zeggen, want door dat besef kwam er een proces op gang. Ik zit er nog altijd middenin. 

Het jaar 2015 was een behoorlijk zwaar jaar. Of laat die 'behoorlijk' maar weg. Onze pepe, de papa van mijn papa, verliet ons toen in april. Met een héél schone leeftijd, maar dat doet er eigenlijk niet toe, hé? Hij werd begraven op mijn verjaardag. Ik vond dat een hele eer, ik kon hem geen mooiere dienst bewijzen door mijn feest af te staan voor zijn afscheid. Ik vind dit nog altijd; het was de eerste keer dat ik mijn verjaardag niet vierde. Al hebben we samen wel Chinees gegeten, dat is een ingekaderd moment. Mannekes toch, ik heb foto's met Ties en pepe, hun enige nieuwjaarsdag samen. Zo schoon, ik wil er eentje plaatsen, maar ik word overspoeld door emoties.
Nog geen zes maanden later ging zijn vrouw hem achterna. Behoorlijk letterlijk wegkwijnend. Dat is niet de mama van mijn papa. Mijn grootvader is lang geleden hertrouwd. Onze band was niet zo hecht, maar ze heeft me in dat jaar nog een schoon moment bezorgd. Ik was haar metekindje.
Mijn 'echte grootmoeder' zeg maar, heb ik helaas nooit gekend. Het verhaal van papa's mama is verdrietig, daar hou ik het graag bij.
(Raar maar waar, ook daarover zitten bij mij nog grote brokken vast.)

En nét toen 2015 aan zijn einde toe was, werden onze buren in Gits geconfronteerd met een nachtmerrie. Hun jongste dochter werd weggerukt uit hun gezin van vijf. Vijftien jaar, naar huis fietsend van de dansles, werd ze aangereden door een auto. Vluchtmisdrijf. Papieren niet in orde. Alcohol. 
Ik schreef er al eens over. Zo frustrerend dat we niet veel kunnen doen. Er is nog zoveel pijn in het gezin, ontwricht. Onnatuurlijk zo, een dochter verliezen. Je jongere zus verliezen. Je Chirovriendin moeten afstaan. 
Ik was en bén vooral kwaad. Later ontdekte ik dat dit dieper zit dan eerst gevoeld. Geschokt, ongeloof, ze leeft in ons huis verder in sleutelhangers, kaarsjes, foto's en Fie en Ties die af en toe iets over Saartje zeggen.
Een plaats geven, hoe doe je dat?

2016. Nieuw jaar. Beter jaar?
Ik zie onze tante Frie nog dansen op mijn feestje ter gelegenheid van mijn nieuwe voordeur. Dertig jaar werd ik, in thema après-ski. Zo dankbaar dat zij en nonkel tot in Daizel kwamen om mee te vieren. En hoe! Gelukkig overnachtten ze in ons dorp, op hotel. Ze was er altijd graag bij en was graag op de hoogte van de familie die naar West-Vlaanderen was getrokken. Altijd op hakken. Altijd.
Slechts een paar maanden later werd er een kwaadaardig onding ontdekt in haar lichaam en echt, toen ging het ongelooflijk snel. In september verloor ze de strijd. De zus van mijn papa. Van Leuven Frie, een enorm trotse oma van een kleindochter, toegewijde mama van een dochter. De tante die me op piepjonge leeftijd de inhoud van haar make-up-tas leerde kennen. Ik was toen net twee weken uitgevallen op mijn werk. Ik weet nog dat ik belde naar mijn chef dat het nog wat langer ging duren eer ik terug kwam werken...

In 2017 ging ik in opname in Roeselare, omdat het thuis niet meer ging. Een psychiatrische afdeling van een algemeen ziekenhuis houdt in dat je er in aanraking komt met heel veel verschillende psychische pijnen, problemen. Op zich is dat heel verrijkend. Vooral is het: je bent niet alleen. Dat voel je heel erg. Dat heb je nodig ook. De therapie gebeurt in groepjes volgens problematiek (in de mate van het mogelijke). Veel jonge gasten, zoals ik er eentje was in 2008 zeker?
In therapie leerde ik er een jongen kennen die twintig werd tijdens zijn opname. Hij was heel timide, had het erg moeilijk om emoties te uiten; uit ervaring probeerde ik hem 'uit zijn kot' te krijgen en dat lukte beetje bij beetje. Week per week bloeide hij meer open. Hij had prachtige tatoeages op zijn armen, hoekige vormen met veel kleur, je zag er altijd wel iets in. Hij wilde later zelf tattoos leren zetten, maar eerst ging hij zijn huidige job verder zetten om te kunnen sparen. De dag van zijn ontslag, blonk hij in zijn vel. Hij zag het helemaal zitten. We wisselden telefoonnummers, zo gaat dat dan. Mijn terugkeer naar huis stond nog niet vast.
Een week later gonsde het nieuws door de muffe psychiatriewandelgangen... Hij heeft het niet gehaald tegen zijn demonen. Zeven dagen na zijn blinkend vel besliste hij een einde te maken aan zijn jonge leven. 
De begrafenis was hier een dorp verder. Onwerkelijk, zoveel vrienden die er voor hem waren. Hij had een groot hart, maar voelde zich zo onbelangrijk. Ik had het niet zien aankomen. Had ik het moeten zien aankomen? is een vraag die onbeantwoord blijft. Net zoals het berichtje dat ik hem nog stuurde in die week.

Ze zeggen wel eens dat de grootste harten zich in 'de psychiatrie' bevinden. 


Ik weet plots waar ik wil eindigen met dit schrijven. Als je zelf lang ziek bent, een ernstige ziekte hebt,
een dodelijke ziekte hebt, in gelijk welke medische richting,
dan word je van heel dichtbij geconfronteerd met verlies.
Van heel dichtbij. Door de ziekte die je zélf hebt.


Dat staat niet in de folder die je krijgt over je problematiek. 


Ik denk dat rouw niet toevallig hetzelfde klinkt als rauw. Rauwe pijn, bijna fysiek voelbaar. 
Geen handleiding. Je moet het helemaal alleen doen, maar je bént niet alleen.
Echt niet. 

*********

Reactie plaatsen

Reacties

Kurt
5 jaar geleden

❤️❤️

Hilde
5 jaar geleden

Mooi x

elkeschrijft
5 jaar geleden

dank jullie wel xxx


*vandaag zou Saartje 19 jaar geworden zijn*